Hullup! De hulpkaarten van het kadaster

Het begon medio maart 2019 ongeveer zo: Heemkundekring ‘Het Land van Gastel’ ontving mails van Louis Bressers van Heemkundekring “De Drijehornick” te Nuenen en Otte Strouken-Busink, bestuurslid van Brabants Heem. Louis Bressers kon de beschik-king krijgen over het hulpkaartenarchief van het voormalige Bredase kantoor van het Kadaster. De hulpkaarten werden aanvankelijk  aangeboden aan het BHIC in Den Bosch. Die had daarvoor geen belangstelling, wellicht ruimtegebrek. De papiervernietiger leek de eindbestemming van de hulpkaarten te worden.

Uiteindelijk stemde de heemkundekring in Nuenen er in toe dat de hulpkaarten naar hen zouden worden gebracht. Omdat het er heel veel waren en bovendien Nuenen niet centraal in Brabant is gelegen, werd uitgezien naar een meer westelijk gelegen distributiepunt in Brabant. En zo kwam Louis uit bij Heemkundekring ‘Het Land van Gastel’.

‘Het Land van Gastel’ heeft zich natuurlijk eerst laten informeren of het hier waardevolle documenten betrof. Wat zijn hulpkaarten precies? Op de hulpkaart ziet u de geografische geschiedenis van één of meer kadastrale percelen. U ziet bijvoorbeeld welke nieuwe percelen uit welke oude percelen zijn ontstaan of hoe een oude kadastrale grens liep.

Marius Broos, oud-medewerker van het Bredase Kadaster en gerenommeerd (be)schrijver van de geschiedenis van onder meer de tram- en spoorwegen, werd om een advies gevraagd. Zijn oordeel over de hulpkaarten was :

  • Aannemen dat “spul”. De hulpkaarten vanaf 1832 tot circa 1960 zijn wel degelijk van belang.
  • ….. het blijft een unieke collectie kaarten die samen met de bouwvergunningen in elke gemeente precies weergeven wat er allemaal is gebeurd.

Mede op basis van dit advies stemde ‘Het Land van Gastel’ daarom in met de aanname van de dozen met de hulpkaarten. Ruim 500 dozen met hulpmappen, vervoerd op 14 pallets, arriveerden in Oud Gastel. De dozen werden van de pallets genomen, gesorteerd per gemeente  en op stapels gelegd in rekken.

We hadden nu de hulpkaarten maar vervolgens was het zaak om deze bij de juiste heemkundekringen te krijgen en dat waren er een heleboel. Kees Rademakers legde contact met de kringen en informeerde of ze belangstelling  voor de hulpkaarten van hun gemeente(n) hadden.  Dat bleek in de meeste gevallen gelukkig wel het geval te zijn. Vervolgens werden de heemkundekringen in fases uitgenodigd om de kaarten op te komen halen in het Dorpsmuseum. Een hele operatie met heel veel regelwerk maar een half later jaar was de klus gelukkig  geklaard. Met de complimenten aan onze vrijwilligers en met name de complimenten voor Kees Rademakers voor de organisatie van het geheel.